Onder bepaalde bij de wet voorziene voorwaarden kunnen de verplicht ingelijfden bij het Duitse leger tijdens de oorlog 1940-1945, als oorlogsslachtoffer, evenals hun rechthebbenden, een vergoeding bekomen.
Deze vergoeding is gelijk aan het verschil tussen het jaarlijkse bedrag van de pensioenen en vergoedingen verschuldigd in hun hoedanigheid van burgerlijk oorlogsslachtoffer en het jaarlijkse bedrag van de pensioenen en vergoedingen die zouden toegekend worden volgens de wet op de vergoedingspensioenen van de oorlog 1940-1945.
Dit verschil wordt op één januari van elk jaar opnieuw berekend en maakt op die datum het nieuwe bedrag van de vergoeding uit.
De vergoedingen zijn telkens betaalbaar voor het voorbije halfjaar en zijn aan de belanghebbenden verschuldigd zolang zij het herstelpensioen als burgerlijk slachtoffer van de oorlog 1940-1945 ontvangen.
In afwijking van de voor de oorlogspensioenen van kracht zijnde wetgeving, wordt het recht op deze vergoedingen niet gewijzigd door een nationaliteitswijziging, op voorwaarde dat de Staat, waarvan de belanghebbende de nationaliteit verworven heeft, zich daartegen niet verzet.
Op 31 december 2012 bedroeg het aantal door de Nationale Kas uitbetaalde vergoedingen 437.