Published on Jaarverslag (http://www.2012.jaarverslag.financien.belgium.be)

Home >

Oorlogspensioenen 1914 - 1918

Pensioenen toegekend aan militaire invaliden

De wetten op de militaire pensioenen, samengeordend bij het KB van 11 augustus 1923, kennen een pensioen toe aan de militairen die lichamelijke schade ondergaan hebben bij het vervullen van hun plicht tegenover het vaderland.

Het bedrag van het pensioen varieert afhankelijk van de invaliditeitsgraad en van de militair. Het verschilt naargelang het schadelijk feit, dat aan de oorsprong van de invaliditeit ligt, veroorzaakt werd door de dienst (artikel 7) of niet (artikel 12).

De wet van 13 mei 1929 voorziet een speciaal statuut voor de groot-invaliden. Deze wet kent hen een pensioenverhoging en speciale vergoedingen toe.

Ingevolge de wet van 21 juli 1930 bekomen de militairen, die deel hebben uitgemaakt van een strijdende eenheid, een verhoging van hun invaliditeitspensioen, wanneer dit op grond van artikel 7 wordt toegekend.

Door artikel 7 van de wet van 8 juli 1970 wordt het bedrag van de pensioenen toegekend aan de invaliden die het voordeel van de wet van 21 juli 1930 niet genieten, op 80% gebracht van het bedrag toegekend aan de invaliden die wel het voordeel van deze wet met een identieke invaliditeitsgraad genieten. Het toegekende bedrag mag echter nooit hoger zijn dan het bedrag dat een invalide van de oorlog 1940-1945 krijgt.

Weduwen- en wezenpensioenen

Weduwenpensioenen

Onder bepaalde voorwaarden o.a. voorzien bij de samengeordende wetten op de militaire pensioenen of de wet van 4.6.1982 kunnen de weduwen van militaire oorlogsinvaliden een pensioen genieten.

Het bedrag van dit pensioen wordt bepaald in functie van verschillende elementen zoals blijkt uit de hiernavolgende tabellen.

INDELING PER CATEGORIE EN PER REGIME DER WEDUWENPENSIOENEN

  • Weduwen van invaliden 100% en meer of geamputeerden

  • weduwen regime wet 4.6.1982

  • weduwe regime samengeordende wetten op de militaire pensioenen

 Totaal aantal weduwen : 40
Geen enkele weduwe genoot een verhoging wegens kinderen ten laste

Wezenpensioenen

De wezen van vader en moeder hebben gezamenlijk recht op een pensioen gelijk aan hetgeen aan hun moeder zou verleend geweest zijn als niet-hertrouwde weduwe.

Dit pensioen eindigt wanneer zij de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt. Nochtans behouden zij het genot ervan na hun meerderjarigheid, ingeval zij aangetast zijn door een lichaamsgebrek, waarbij zij bestendig in de onmogelijkheid verkeren in hun onderhoud te voorzien; deze mogelijkheid bestaat echter niet in het regime van 4.6.1982.

INDELING PER CATEGORIE EN PER REGIME DER WEZENPENSIOENEN

  • wezen van invaliden 100% en meer of van geamputeerden

  • wezen regime wet van 4.6.1982: 1 rechthebbende
  • wezen regime samengeordende wetten op de militaire pensioenen

 Totaal aantal wezen : 18.

Geen enkele wees genoot een verhoging wegens broer(s) en/of zuster(s) ten laste.

Renten aan weduwen en wezen van houders van frontstrepen

Bij het overlijden van een houder van frontstrepen kan zijn weduwe of bij ontstentenis van deze kunnen zijn kinderen van minder dan 18 jaar een rente genieten.

De renten toegekend aan de weduwe van wie de echtgenoot vóór 1 februari 1920 overleden is, wordt met 100% verhoogd voor zover zij een volledig weduwepensioen en een rente op basis van een totaal van tenminste 8 front- en/of  gevangenschapstrepen geniet.

Dezelfde regel geldt voor de wezen vermeld in alinea 1.

INDELING PER CATEGORIE DER FRONTSTREPENRENTEN TOEGEKEND AAN WEDUWEN EN WEZEN

Renten aan weduwen en wezen van houders van gevangenschapstrepen

Bij het overlijden van een houder van gevangenschapstrepen kan zijn weduwe of bij ontstentenis van deze kunnen zijn kinderen van minder dan 18 jaar een rente genieten.

De gevangenschapstrepenrente toegekend aan de weduwe van wie de echtgenoot vóór 1 februari 1920 overleden is, wordt met 100% verhoogd voor zover zij een volledig weduwepensioen en een rente op basis van tenminste 8 gevangenschap- en/of frontstrepen geniet.

Dezelfde regel geldt voor de wezen vermeld in alinea 1.

INDELING PER CATEGORIE VAN DE GEVANGENSCHAPSTREPENRENTEN TOEGEKEND AAN WEDUWEN EN WEZEN

Er zijn geen wezen meer.

Uitkeringen aan burgerlijke slachtoffers

Deze uitkeringen hebben tot doel aan de niet tot het leger behorende Belgen de schade te vergoeden, berokkend door overlijden, verwonding en ziekte of lichaamsgebreken en die het gevolg zijn van maatregelen of feiten van de oorlog 1914-1918.

Veroorzaakt het schadelijk feit een bestendige onbekwaamheid, dan heeft het slachtoffer recht op een uitkering vastgesteld in verhouding tot de graad van invaliditeit. Het basisbedrag van deze invaliditeitsuitkeringen verandert naargelang de schade al dan niet het gevolg is van een vaderlandslievende daad van het slachtoffer.

Binnen elk van deze categorieën krijgen de geamputeerde invaliden alsook de invaliden die een pensioen genieten verbonden aan een invaliditeitsgraad van 100% en meer een vergoeding wegens hulp van een derde persoon.

De invaliditeitsuitkeringen worden op dezelfde basis betaald als de herstelpensioenen voor de burgerlijke slachtoffers van de oorlog 1940-1945.

INDELING DER UITKERINGEN AAN BURGERLIJKE SLACHTOFFERS

Uitkeringen aan rechthebbenden van burgerlijke slachtoffers

Echtgenoten en wezen

  1. Gewone regime
    Onder bij de wet bepaalde voorwaarden wordt een uitkering verleend aan de langstlevende echtgenoot van een burgerlijk oorlogsslachtoffer.
    De wezen bekomen elk tot de ouderdom van 18 jaar een tijdelijke uitkering gelijk aan deze die eventueel zou toegekend worden aan hun moeder als niet-hertrouwde echtgenote.
    Het bedrag van de uitkering wordt vastgesteld in functie van de verschillende elementen zoals blijkt uit de hierna volgende tabellen.
  2. Reversiepensioen
    De wet van 30 juni 1983, aangevuld bij koninklijk besluit van 3 december 1984 en 3 juli 1985, en aangevuld bij koninklijk besluit van 9 maart 1989 en de wet van 7 juni 1989, voorziet de toekenning, onder bepaalde voorwaarden van een pensioen waarvan het bedrag evenredig is met het invaliditeitspensioen dat overeenstemt met de invaliditeitsgraad welke vergoed werd aan de invalide één jaar vóór zijn overlijden.

INDELING DER UITKERINGEN AAN ECHTGENOTEN VAN BURGERLIJKE SLACHTOFFERS

  • Echtgenoten gewone regime

  • Reversiepensioenen aan langstlevende echtgenot - art.5§3 bis van de gecoördineerde wetten

Totaal aantal weduwen: 49